Presentatie
Het was zeer belangrijk om een goeie en stevige ondergrond te voorzien. We hebben dus gekozen voor betonpuin, een stabilisélaag en een drainerende chapelaag. Dit alles is goed uitgedroogd, dus nu kunnen we beginnen met tegelen.

Om dit te doen moet je zeer goed beginnen met te meten en te tekenen, zodat je recht kan beginnen. En we gaan ook zorgen dat we zo min mogelijk moeten slijpen.
Onze onderfundering is afgestemd op onze afwerking. Ze is drainerend en zeer stevig, zoals voorgeschreven door de fabrikant van de keramische tegels. Én, we hebben nog voldoende opbouwhoogte voor onze tegels van 3 centimeter dik.

Onder het motto ‘een goeie voorbereiding is het halve werk’ kunnen we dus al starten vanaf de goeie ondergrond, maar nu moeten we alles nog goed gaan opmeten.

Met behulp van de exacte maten van je oprit kun je zo gaan bepalen hoe je de tegels het best zou leggen.

Meet dus zowel de ruimte als je tegels grondig na, zodat je kan berekenen hoeveel tegels er per rij zullen komen en welke grootte de reststukken zullen hebben.

Controleer ook de haaksheid van verschillende hoeken, zodat je kan nagaan wat het meest geschikte beginpunt voor het tegelen is.

Omdat de hoek tussen de goot en de boordstenen in dit geval mooi haaks is, én het voorste stuk oprit ook het meest in het oog springt, zullen we hier onze eerste tegel leggen. De rest van de oprit wordt dan met deze tegel als referentiepunt aangelegd.

Niet enkel de afmetingen en het startpunt moeten we vooraf kennen, maar ook het legpatroon en de voegbreedte zijn belangrijk. Leg daarom een paar tegels uit in de verschillende legverbanden om te beslissen wat jij het mooist vindt.

Eens je alle details vastgelegd hebt, kun je overgaan tot het tegelen zelf, te beginnen met het aanmaken van de lijm.

Gebruik een aangepaste tegellijm die geschikt is voor de dubbele verlijming van keramische tegels in buitentoepassingen.

Op de verpakking kun je terugvinden welke aanmaakverhoudingen je moet respecteren.

Neem dan het nodige water en doe dit samen met een zak lijmpoeder in een mengkuip.

Daarna kun je alles met elkaar gaan mixen.

Presentatie
Ik heb de lijm nu opgeroerd en ik geef hem een rijptijd van een aantal minuten. En dan roer ik hem nog eens om.

Dan is de lijm klaar om te gebruiken.

De verwerkingstijd is echter wel beperkt. Hoeveel tijd je hebt, vind je terug op de zak. Als je nu vindt dat de lijm iets te hard wordt, kan je hem altijd even terug omroeren. Maar nooit water bijdoen, gewoon even omroeren.
Vertrek bij het tegelen steeds vanaf een propere ondergrond. Zorg er dus voor dat je ondergrond nog eens goed geveegd wordt.

Op die manier verwijder je loszittende deeltjes die de hechting van je lijm zouden kunnen aantasten.

Daarna kun je met het plaatsen van de keramische tegels beginnen.

Breng de tegellijm aan op je ondergrond.

Eens je voldoende product hebt, kun je dit gaan opkammen.

Ook op de achterkant van de tegel zelf moet je nu nog lijm aanbrengen.

Die hoeft hierbij niet opgekamd te worden, maar kan gewoon vlak op de tegel gesmeerd worden.

Daarna kun je de tegel gaan plaatsen.

Op sommige keramische tegels staat aan de achterzijde een pijltje.

Het is aan te raden elke tegel met de pijl in dezelfde richting te leggen, om zo de print mooier tot zijn recht te laten komen.
Presentatie
Op de achterkant van elke keramische tegel staat een pijltje.

Aan de hand van hoe je de eerste tegel legt, moet je alle tegels leggen in dezelfde richting van de pijl, om de optische lijn mooi te houden.
Positioneer de tegel dan voorzichtig ter plaatse.

Doordat de boordsteen en de goot hier mooi haaks liggen, hebben we beide lijnen als referentie om onze eerste rij tegels tegen te leggen.

Heb je dit niet, dan span je best een metserstouw om mooi recht van start te gaan.

Ook voor de hoogte kunnen we ons baseren op de naastliggende goot en boordsteen.

Ligt de eerste tegel goed, dan kun je de volgende hiermee gaan uitlijnen.

We kiezen voor een volsteensverband, waardoor de tegels dus netjes de lijn van de eerste tegel moeten volgen.

Met voegkruisjes zorg je voor een parallelle voeg.

En door middel van een waterpas controleer je op verschillende plaatsen of beide tegels recht én in hetzelfde vlak liggen.

Het controleren ten opzichte van naastliggende tegels is heel belangrijk.

Zorg dus dat je steeds een lange regel of waterpas bij de hand hebt.

Op die manier ligt het geheel netjes in één vlak en krijg je ook een strak resultaat.

Bij het verlijmen moet je er ook op letten dat je een niet te groot oppervlak in een keer bedekt.

Want die lijm zou in de weg zitten bij het plaatsen en zal dan ook gaan uitharden.

Breng de lijm dus tegel per tegel op de ondergrond aan.

In het begin weet je nog niet precies hoe ver je tegels zullen komen.

Gebruik dus een meter om aan te geven tot hoe ver je moet lijmen of zet eventueel een smetlijn uit.

Eenmaal je goed op weg bent, kun je je dan baseren op de naastliggende tegels om te weten tot waar je de lijm moet aanbrengen.

De lijm op je ondergrond – op de chape – ga je opkammen.

De rillen die je zo veroorzaakt zullen je helpen om de tegel daarna in de hoogte bij te regelen.

Om het formaat van je vertanding te bepalen, baseer je je op de grootte van de tegel. Hoe groter de tegel, hoe groter de lijmkam om een goeie hechting te bekomen.

Reken erop dat je bij je uiteindelijke lijmlaag ongeveer 1/3e van de tandgrootte zal overhouden.

De tegel zelf hoef je enkel in te boteren en niet op te kammen.

Door op zowel ondergrond als tegel lijm te voorzien bekom je een maximaal contactoppervlak en creëer je een extra hechtbrug tussen beide delen.

Wil je vlot kunnen doorwerken, dan ben je best zeker met twee. Zo kan de ene persoon de lijm aanmaken en de tegels inboteren, terwijl de andere de lijm en de tegels ter plaatse aanbrengt en afregelt.

Doe dit afregelen steeds met een rubberen hamer, zo maak je de tegel niet kapot.

Wit rubber is hierbij aangewezen, zo maak je ook geen vlekken.

Kuis je materiaal tussendoor eens af en zeker als je een pauze neemt. Want de lijm droogt heel snel aan, waardoor je niet meer proper en precies zou kunnen werken.

Vergeet daarbij je mixer en mengkuip niet, zodat er geen aangedroogde resten in je nieuwe lijm terechtkomen.

En ook je tegels zelf veeg je best meteen af als ze besmeurd zijn met lijm, om cementresten op het oppervlak te voorkomen.

Als je terras bestaat uit afzonderlijke delen, die bijvoorbeeld gescheiden zijn door een goot, dan is het best om de lijn van je al betegelde deel uit te zetten voor je aan het tweede gedeelte begint.

Op die manier zorg je ervoor dat de voegen van je volledige oprit mooi recht doorlopen.

Door je metserskoord opnieuw de goot en de boordsteen aan de straatzijde te laten raken, heb je dit meteen ook als referentie voor de helling van je tegels.

Regel de tegel dus zorgvuldig bij tot de rand mooi aansluit tegen je koord.

Doe dit zo voor de volledige rij.

Presentatie
De tegels worden dubbel verlijmd, dus dit wil zeggen de tegel zelf en de ondergrond. Dit is gebruikelijk wanneer we vanaf een formaat vanaf 60x60 leggen en ook zeker zoals hier waar de ondergrond zwaar belast wordt door bijvoorbeeld een wagen die erover rijdt.
Is de rij netjes recht gelegd in het verlengde van je eerste stuk oprit, dan kun je het touw weghalen.

Voor de rest van de tegels baseer je je nu op die rij om de juiste positie en hoogte te kennen.

Met voegkruisjes van 5 millimeter kun je een evenwijdige voeg volgens de juiste dikte aanhouden.

Maar je kan hiervoor gerust ook kaleerblokjes of een voegkoord gebruiken.

De volkeramische tegels die wij gebruiken zijn gerectificeerd en dus allemaal even groot, waardoor we dus zeker recht zullen blijven werken.

Door hun dikte van 3 centimeter zijn ze bovendien heel stevig en geschikt voor de belasting van een oprit.

De tegels zijn gebakken en heel krasvrij, en door hun ietwat oneffen structuur ook slipbestendig, wat handig is voor een oprit!

Als je zo alle volle tegels gelegd hebt, kan je beginnen aan de reststukken.

Dit vraagt iets meer tijd, omdat je alles nog op maat moet maken.

Meet per tegel op aan de beide uiteindes, zodat je weet hoe je zaagsnede zal moeten lopen.

Zet de maat dan over op de tegel zelf en slijp die op maat.

Het is aangewezen om hiervoor een tegelzaag met waterkoeling te huren, zo kun je mooi recht werken.

Het water zorgt ervoor dat je stofvrij kan verzagen en dus een nettere zaagsnede hebt.

Eventueel kun je dit ook met een slijpschijf doen, maar dan moet je natuurlijk wel een vaste hand hebben.

In elk geval, zorg ervoor dat het zaagblad dat je gebruikt geschikt is voor keramische tegels!

Terwijl je alle randen aanpakt, kun je ook de putdeksels opvullen.

Die zijn zo voorzien dat er een stuk tegel in het deksel kan gelegd worden en de vloerafwerking zo mooi doorloopt.

Meet hiervoor de binnenmaten van het putdeksel op, zet dit over op een keramische tegel en slijp een stuk op maat.

De hoekjes werk je best handmatig bij met de slijpschijf.

Past het stuk goed in het deksel, dan kun je het gaan verlijmen.

Als je niet veel opbouwhoogte te vullen hebt, kan dit met dezelfde tegellijm als je oprit.

Is het deksel dieper, dan doe je dit beter met stabilisé, zodat de tegel niet zou gaan verzakken.

Presentatie
We zijn nu 24 uur verder. De lijm heeft goed kunnen uitharden.

Voor een naadloos resulaat te bekomen gaan we hem nu opvoegen. We gebruiken daarvoor de aangepaste voegmortel die ons een stevig en duurzaam resultaat geeft.
Voor het voegen, haal je best de roosters van je goten weg. Want eens bevuild met voegmortel, is dit moeilijk terug proper te krijgen.

Leg ze op volgorde aan de kant, zo weet je achteraf welk stuk waar moet komen.

Steek een prop in de afvoer om te voorkomen dat er product in je leiding zou terechtkomen.

Zorg ervoor dat je tegels proper zijn voor je aan het voegen begint. Verwijder loszittende deeltjes en spoel af. Want vuil dat zich vermengt met je voegmortel zou de sterkte kunnen verminderen.

En ook het aluminium van je putdeksels plak je nog netjes af zodat het proper blijft en je schroefgaten niet verstopt geraken door het voegsel.

Kies een mortel die geschikt is voor het opvoegen van bestrating en dus zeker stevig is.

De voegen moeten voldoende diep zijn zodat de voegmortel optimaal zou kunnen hechten. 15 mm is het minimum. Met de tegels van 30 mm dik heb je dus voldoende marge.

Meng de droge minerale mortel met zuiver water tot een homogene klontervrije pasta.

Net als de lijm moet hij nu een paar minuten rusten, voor je hem ten slotte nog eens kort doorroert.

Presentatie
Onze voegmortel is aangemaakt en onze tegels zijn gereinigd. We gaan nu de tegels eventjes bevochtigen en dan kunnen we alles beginnen vullen.

Zorg ervoor dat je voldoende helpende handen hebt en dat je zeker geen te grote oppervlakken in één keer wil doen, want de verwerkingstijd van de voegmortel is beperkt.
Door de ondergrond eerst te bevochtigen, zal je een betere hechting van je voegmortel bekomen.

Daarnaast zorgt dit ervoor dat de mortel niet in de tegels zelf zou trekken, waardoor de kans op een achterblijvende cementsluier vermindert.

Giet het product dan uit op je tegelvloer en verdeel het voorzichtig over het oppervlak met een trekker.

Met rustige diagonale bewegingen zorg je er zo voor dat de mortel de voegen opvult.

Ga herhaaldelijk heen en weer met de trekker over dezelfde plaats tot je ziet dat de voeg volledig vol zit.

Let erop dat je diagonaal over de voegen beweegt met je trekker en niet dwars, want ander zou je de mortel er weer uitwrijven.

De randjes kun je met de hand bijwerken met een voegspaan.

Na 10 à 15 minuten – dus eens je klaar bent met de voegen te vullen – kun je overgaan tot de eerste reiniging van de tegels.

Doe dit met een voegspons in opnieuw diagonale bewegingen.

Zorg ervoor dat je de spons regelmatig uitspoelt en je water ook regelmatig ververst.

Met dit afwassen mag je niet te lang wachten, zodat cementsluier op je tegels vermeden wordt.

Maar… je mag dit ook niet te snel doen, zodat je de voegen niet mee uitwrijft. Ga hiervoor dus behoedzaam en grondig te werk.

Opvoegen bij hoge temperaturen is sowieso niet aan te raden, want dit verkort de verwerkings- en reiningstijd waardoor je niet alles op tijd gedaan krijgt.

Na het afwassen van de keramische tegels moet je het oppervlak nog nadweilen.

Gebruik hiervoor een vochtige dweil en giet geen water op de oprit, want dit zou je nog broze voegen aantasten.

Het opvoegen van de oprit gaat relatief snel. Doordat de vulmortel gemakkelijk uit te strijken is, en bovendien snel hardt én dus ook snel kan afgewassen worden, kunnen we vlot stuk per stuk aanpakken.

Dit voegsel is trouwens ideaal voor deze toepassing, want het is aangepast voor buitengebruik én geschikt voor keramische tegels.

Vorst en strooizout zullen het product – dat kan gebruikt worden bij voegen van 3 tot 25 mm dik – niet aantasten.

Let er wel op dat je het gebruikte materiaal meteen met water reinigt, zodat er geen cementresten op achterblijven.

De laatste resten cementsluier op je tegels kunnen na enkele weken nog weggehaald worden met een aangepaste cementsluierverwijderaar.

Als alles droog is, kit dan de voeg tussen de goot en de tegels nog op.

Dit zijn twee verschillende materialen, dus is een flexibele voeg beter zodat ze niet zou gaan barsten. En zo is de overgang ook netjes waterdicht afgewerkt.

Verwijder uiteindelijk nog de tape van de putdeksels en plaats de roosters op de goten terug.

Na een paar uur mag je al op de voegen lopen, maar deze zijn pas volledig belastbaar na ongeveer 7 dagen!

Presentatie
De keramische tegels die we geplaatst hebben, geven onze oprit een strak en eigentijds karakter. Bovendien zijn ze zeer onderhoudsvriendelijk.

Zijn ze vuil, dan volstaat het gewoon om ze te reinigen met water en een aangepast product.

Gebruik zeker geen hogedrukreiniger. Dit doet meer slecht dan het goed doet.

Presentatie
Heb je nu deze aflevering gemist, of wens je ze nog eens te bekijken? Surf dan naar onze website www.dobbit.be en schrijf je zeker in op ons online magazine.

En wat mij betreft, ik zie u graag terug bij een volgende klus!