Hoe zelf je verwarming onderhouden

Zo doe je het

In deze aflevering helpen we je op weg bij het onderhoud van je verwarmingssysteem. Daarnaast geven we enkele kleine, maar nuttige isolatietips mee.

Transciptie 

Een grote winst op het verbruik van je centrale verwarming wanneer je radiatoren in gebruik hebt, is het jaarlijks ontluchten voor je je installatie in gebruik stelt. Gebruik je radiatoren eerst op hun hoogste stand en draai alles open gedurende 15 minuten. Zet dan alles en uit en wacht een 5tal minuten. Schakel daarna daarvoor de installatie uit. Het bijhorende bedieningspaneel in één van je woonruimtes, zou zich dan automatisch ook moeten uitschakelen. Indien nodig, schakel je ook die handmatig uit. Schakel daarna de radiatoren zelf uit. Zoek daarna de eerste radiator op die zich het dichtst bij de cv bevindt. Begin bij de radiator op het laagste punt in je huis. Werk daarna naar boven en eindig met de radiator op het hoogste punt. Je kan bij deze unit beginnen met het ontluchten. Breng een emmer of klein opvangbakje mee, een waterpomptang in geval van nood, maar normaal kreeg je bij de installatie van je radiatoren een sleutel erbij om de radiatoren te ontluchten. Open het kraantje, en laat het water eruit lopen tot je zeker bent dat er geen luchtbellen meer zijn. Sluit dan meteen af. Het zijn die luchtbellen die vervelende geluiden maken bij het opstarten van je verwarmingssysteem, maar die tegelijkertijd energie verloren doen gaan, want door de luchtbellen kan uw je cv-systeem haar warmte niet goed kwijt. Ga zo elke radiator af, te starten met diegene die het dichtst staan bij je cv en ga zo verder het circuit af. Na het ontluchten, kan je de cv terug opstarten. Afhankelijk van hoeveel water je hebt opgevangen, kan het systeem aangeven dat de waterdruk verminderd is. De juiste hoeveelheid vind je terug in de technische fiches van je toestel, of de installateur kan het genoteerd hebben op je toestel. Je kan altijd de toevoerkraan wat opendraaien om de waterdruk terug op peil te brengen. Stel je verwarmingssysteem ook altijd goed af op de ruimtes én manier van leven. Niet elke ruimte hoeft op dezelfde temperatuur verwarmd te worden, uiteraard. Indien mogelijk, stel je zones in die dan ook nog eens tijdsgebonden een graadje meer of net wat minder mogen verwarmen. Stel dus een dag- en nachtregeling in. De berging mag wat koeler, de badkamer wat warmer. De woonkamer wil je gezellig warm, maar ‘s nachts mag het wat minder. Laat ook niet te veel afkoelen dan, zodat je ‘s ochtends een minder zware opstart hebt van het verwarmingssysteem, wat ook een groot verbruik vraagt. Ook je levensritme verschilt naarmate het een weekdag of weekend is. Stem je verbruik dus af op je levensritme, en haal zo het maximale in comfort, en het minimale uit je portefeuille. Een halfuurtje voor het opstaan of thuiskomst, mag de temperatuur wat verhogen. Of omgekeerd: als je gaat slapen of het huis verlaat, kan de temperatuur wat lager. Wie geen module heeft om alles te regelen, kan de radiatoren uiteraard ook handmatig instellen. De standen geven elk een ander temperatuurbereik weer. Het kruisje of symbool van een sneeuwvlok, geeft de stand van vorstbescherming weer, wat wijst op een 6tal graden. Van 0 tot 1, schakel je tot 12 graden Celcius. Ideaal voor kelder of trap. Stand 1 loopt op tot 15 graden, in te stellen voor een ongebruikte kamer, wasplaats of bergruimte bijvoorbeeld. Stand 2 brengt bijvoorbeeld de hal of gang tot 17 graden. Van 2 naar 3 loopt de temperatuur naar 18 graden, te gebruiken voor de slaapkamer. Vanaf 3 loopt de temperatuur op tot 20 graden, aangeraden in de keuken, van 3 tot 4 haal je een 21 graden voor de woonkamer of kinderkamer. Hoger, stand 4, ga je naar 22 graden. Ideaal voor de badkamer. Stand 5 is de maximale opening. Uiteraard is dit maar een richtlijn, die je volledig naar je eigen comfort kan aanpassen. Niets mis met een trui te dragen in de winter. Let wel, Om de aanvoerwarmte te optimaliseren, kan je de warmteverliezen aan de leiding ook beperken door die nog eens te gaan isoleren. Uiteraard, pas je dit in de eerste plaats toe op de leidingen die het warm sanitair water transporteren. Daarnaast kan je in gevoelige ruimtes, bijvoorbeeld de garage of een tuinhuis ook de gewone waterleidingen bijkomend isoleren als bescherming tegen de vorst. Het systeem is kinderspel. Opmeten en op maat snijden, en dan het isolerende omhulsel bevestigen. Zorg dat je de juiste diameter van isolatiebuis hebt, zodat het omhulsel netjes past. Ook de kieren tussen deuren kunnen soms wat tocht veroorzaken. Gelukkig kan je ook die wat bijkomend isoleren. Handig trucje om toch op te sporen, is om eens langs de deuromlijsting te gaan met een aansteker. Indien er wat tocht is [opnieuw inspreken, klinkt nu als (‘toch tis’)], zal je al gauw zien dat het vlammetje wat beweegt. Dan ben je zeker dat je deze deur wat extra kan isoleren. Dat doe je met zelfklevende tochtband. Er zijn verschillende uitvoeringen. Het profiel kan in een E, P of D-vorm zijn gemaakt, om zo passend mogelijk tussen de deur en de dagkanten te zitten. Meet na en kijk op de verpakking wat voor jou het best past. Kijk naar tochtband die net genoeg en niet teveel de openstaande kier afdicht. Je wil de deur nog kunnen sluiten zonder al te veel moeite. Knip op lengte, verwijder de beschermende folie en fixeer de tochtband. Druk zachtjes aan. Eens geïnstalleerd, zal de deur minder tot geen tocht meer doorlaten en zullen je warmteverliezen beperkter zijn. En wat met de kier onderaan de deur? Dat heb je snel opgelost door de plaatsing van een tochtborstel. Meet de breedte van de deur op. En duid de maat over op de tochtborstel. Zaag het plastic profiel op maat af. Neem er de borstel bij. Die kan je met een tang op maat knippen. Er zit namelijk een harde metalen kern in, die je snel doormidden hebt geknipt. Bevestig de borstel opnieuw in het profiel. Ontvet de onderkant van de deur, en veeg alles netjes schoon en droog. Verwijder de folie, en druk de zelfklevende achterkant van de tochtborstel goed aan tegen de deur. In geen tijd een extra isolerende ingreep. Voor wie het wat simpeler, en misschien wat esthetischer mag zijn, kan een simpele tochthond ook een optie zijn natuurlijk. Ook deze is gemaakt van een isolerende schuimlaag, die je op maat kan snijden van je binnendeur. Schuif de tochtstrip onder de deur, dat kan wat stroef verlopen, maar eventueel met een extra paar handen lukt dat wel vlotter. Snij het overtollige deel weg. Wie goed isolerende glaspartijen heeft, zal slechts minimale warmteverliezen hebben. Toch kan er nog altijd een koude luchtstroom of tochtgevoel zijn in huis, daarom kunnen isolerende of thermische gordijnen ook een goede investering zijn om het warmtecomfort in je leefruimtes te vergroten. Dankzij een specifieke voering gaan ze een extra buffer vormen tegen koudere luchtstromen, én tegelijkertijd het licht van buitenaf blokkeren en de ruimte dus beter verduisteren.

 

Kleurenschema
Aantal tegels per rij
Beeldverhouding
Weergave
Hoeken afronden
0

Welkom bij Professional Media Group 

Professional Media Group maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te optimaliseren en te personaliseren. Door gebruik te maken van deze website gaat u akkoord met Het privacy- en cookiebeleid.