- 14 december 2021
- | Bron: Dobbit
Hoe een zwevende visgraatvloer plaatsen
Ben je van plan om je vloer te vernieuwen? Dan vormt een visgraatlaminaatvloer een niet alleen praktische, maar ook luxueus ogende oplossing. Bekijk in de video hoe je de plaatsing van a tot z kan uitvoeren.
Stap 1: het juiste gereedschap
Steek in je toolbox alvast een cutter, winkelhaak, zweihaak, rolmeter en potlood. Verder houd je ook afstandsblokjes bij de hand voor de uitzetvoegen, en zorg je ook voor een bus sneldrogende houtlijm. Wat het zwaardere geschut betreft, haal je er ook een handzaag, invalzaag en kitpistool bij.
TIP
Laat de planken ten minste 48 uur rusten in de kamer bij 18 tot 25 °C met een luchtvochtigheid tussen de 40 en 60%. Houd de verpakking ongeopend.
Stap 2: de ondergrond voorbereiden
Een laminaatvloer leg je op een droge, propere en vlakke ondergrond. Plaats daarvoor een lange waterpas van 2 m en ga na of er een houten meetlat – met een dikte van 3 mm – onder past. Dat is namelijk de maximale tolerantiebreedte. Zit er meer dan 3 mm tussen de vloer en de waterpas, dan helt de bodem te veel af en moet je egaliseren. Meet vervolgens de ruimte op en bepaal waar je gaat beginnen. Het best werk je vanaf de langste muur.
Vervolgens kan je de ondervloer plaatsen. Die zorgt ervoor dat kleine oneffenheden (kleiner dan 3 mm) overbrugd worden en de ondergrond geëgaliseerd wordt. Daarnaast fungeert deze als dampscherm, isoleert hij en wordt geluid gedempt. Plak de naden tussen de stroken af met een aluminiumtape voor een dampdicht geheel. Plaats de stroken niet over elkaar heen: anders zou de ondervloer op die plaats te dik worden. Uitsparingen snijd je uit met een cutter.
TIP
Kies voor een ondervloer met een hoge densiteit en een hoge compressiesterkte (meer dan 100 kPa).
Stap 3: de vloer plaatsen
Ligt de ondervloer er? Dan kan je beginnen aan de vloer zelf. Markeer eerst het midden van de beginmuur en start daar. Bij een visgraatvloer heb je twee verschillende planken: A-planken en B-planken. Deze zijn een spiegelbeeld van elkaar. Bij de ene plank loopt de groef links door, bij de andere rechts. Bij een visgraatpatroom wordt elke plank haaks gelegd tegen de korte kant van de vorige plank. Zo krijg je een klassieke uitstraling van parket.
Om de eerste rijen te plaatsen leg je aparte stapeltjes met A-planken en B-planken klaar. Houd ze gescheiden om verwarring te voorkomen. Zet eerst vier rijen van de A- en B-planken in elkaar en leg de volgende plankjes al klaar met de groefkant naar je toe én meteen in de richting waarin ze moeten worden gelegd. Let erop dat je de planken telkens op dezelfde manier aanlegt: de nieuwe plank die je neerlegt, moet altijd tegen de korte kant van de vorige plank aangelegd worden. Klik zo de vier eerste rijen in elkaar. Vanaf de tweede rij leg je eerst de A-planken en dan de B-planken. Verlijm de korte naden met je houtlijm ter versteviging.
TIP
Voor de opstart is het heel belangrijk dat je de inlegfolder volgt, die in de pakken laminaat zit. Bij de minste fout ben je immers schuin aan het aanbouwen in de ruimte. Plaats eerst een viertal rijen, en zoek dan pas het midden op om de vloer recht te leggen.
Vervolgens positioneer je de eerste rijen tegen de beginmuur en zaag je middels een referentielijn de rijen evenwijdig met de beginmuur. Hiervoor gebruik je een handzaag, een cirkelzaag met geleider of een invalzaag. Zet tegen de afgezaagde lijn enkele afstandsblokjes voor de uitzetvoeg en schuif de rijen tegen de muur.
Om de stukken aan de zijkanten aan te vullen, gebruik je een zweihaak. Meet op hoelang het aanvullende stuk moet zijn en zet die maat over op de plank. Houd opnieuw rekening met de uitzetvoeg. De juiste hoek zet je over met de zweihaak. Zaag de plank dan op maat.
Om een hoek vervolgens aan te vullen, zaag je het best in een keer alle nodige planken uit. Klik daarom een aantal planken in elkaar. Dat mogen gerust reststukjes zijn. Meet de lengte van het langste eind op en zet dit over op een plank. Bepaal dan de hoeken van de driehoek en zet die over op de planken. Eens je zijkanten en hoeken hebt gevuld, zet je ook daar afstandshouders voor de uitzetvoegen.
Werk vervolgens op dezelfde manier verder voor de volgende rijen. Vergeet niet om steeds de korte naden te verlijmen voor de stevigheid.
Als laatste moet het visgraatmotief aansluiten op de muur waartegen je eindigt. Meet de stukjes op, net zoals tegen de zijkant, zaag ze af en leg ze op hun plek. Je kan op die manier wel maar één plankje per keer zagen, omdat je telkens moet opmeten. Duid aan welke stukken weg mogen. Leg de juiste stukken op hun plaats en lijm ze aan elkaar. Voor de allerlaatste loodjes mag je de naad volledig inlijmen. Zo komt er achteraf niets los te zitten.
Tips en tricks
- Moet je om een hoek werken, bijvoorbeeld bij een venster of bij deurlijsten? Met de zweihaak bepaal je opnieuw de hoek. Meet de lengte aan de hoek op, zodat je weet tot waar je moet zagen. Duid het stuk aan en zaag uit.
- Onderaan een raam of een deur, of bij de overgang naar een andere vloer kan je nog overgangsprofielen plaatsen om ook daar de uitzetvoeg weg te werken. Dit profiel lijm je vast met een polymeerkit. Let erop dat je het basisprofiel vastkleeft aan de ondergrond en niet aan de geïnstalleerde vloer. Zo kan de vloer vrij bewegen onder het profiel.
Stap 4: de perfecte afwerking
Om de uitzetvoegen weg te werken, plaats je de plinten. Die lijm je vast met montagekit of met clips die je in de muur vastschroeft.
Wil je weten hoe je je laminaatvloer onderhoudt? Lees de instructies op berryalloc.com.
