Praktische tips om het warm te houden in huis

Zo doe je het

Inmiddels werd een houtkachel geplaatst en onze centrale verwarming ontlucht in combinatie met enkele isolatietips. Rest ons nog een heleboel handige tips mee te geven om het warm te houden tijdens de koude maanden van het jaar.

Transciptie 

Inmiddels werd een houtkachel geplaatst en onze centrale verwarming ontlucht in combinatie met enkele isolatietips. Rest ons nog een heleboel handige tips mee te geven om het warm te houden tijdens de koude maanden van het jaar. Een klassieke tip is het plaatsen van radiatorfolie. Zorg dan sowieso dat de waterleiding is afgesloten en het water uit de leiding is getapt. Haak de radiator uit zijn montagebeugels en zet ze voorzichtig aan de kant. Knip de folie op maat. De folie dient niet zozeer als ‘isolerende’ laag, het zorgt er wél voor dat de warmtecirculatie verbetert. De muur zal minder warmte onttrekken van de radiator, waardoor er net dat beetje meer warmte zich in de ruimte kan verdelen. En daarbij, het is heel makkelijk om de folie te bevestigen. Zeker doen dus. Verwijder de beschermfolie, en kleef deel per deel aan de muur. Nadien kan je de radiator weer ophangen en terug aansluiten op de leidingen. Al gedacht aan de installatie van een zogeheten intelligente thermostaat? Uiteraard kan je perfect zelf de temperatuur regelen met de thermostaat van je cv in combinatie met de thermostatische knoppen van je radiatoren zelf. De toevoeging van de intelligente thermostaat is dat je tot op zekere hoogte de bediening digitaal en vanop afstand bedienbaar maakt. Dat maakt het net wat flexibeler. Een woordje uitleg. De thermostatische knop vervangen doe je eerst door ze los te draaien. Afhankelijk van de diameter van de buitendraad, schroef je het bijhorende koppelstuk erop. Het meegeleverde sjabloon helpt je om de juiste te selecteren. Dan nog de batterijen erin steken, en dan is de nieuwe thermostatische knop al klaar. Je kan die nu net als een gewone handmatig bij regelen, maar daarvoor is die niet in huis gehaald, natuurlijk. De thermostaatknop stuur je aan met een relais. Die sluit je aan op de elektrische module van je centrale verwarming. Schakel het circuit uit. Ken je te weinig van elektriciteit? Schakel dan een vakman in om de relais aan te sluiten. De relais beheert de centrale warmtevraag die je later zal instellen. Eenmaal aangesloten op de elektrische module van je cv, monteer je de relais in de nabijheid van de cv. Klik de relais op de voorziene unit. Zet de relais aan. Die geeft nu een signaal. Neem er de nieuwe slimme thermostaat bij. Voorzie batterijen en laat het apparaat het signaal van de relais opzoeken om er zich draadloos mee te verbinden. Klik de behuizing erop. Ofwel kan je de unit op de muur monteren. Dan plaats je die op een meter van een koudebron, zoals een deur of raam, en een meter verwijderd van een warmtebron, zoals een radiator. Plaats ook zo’n anderhalve meter van de grond. Gemakkelijkheidshalve kan je de zender ook als een los apparaat plaatsen in de ruimte waar je je telkens bevindt, op een kast of tafel. Als laatste stap download je de app, wat meteen de troef van dit systeem uitmaakt. Je kan zelf schema’s aanmaken, afgesteld op jouw leefritme, zodat ruimte per ruimte verwarmd kan worden naargelang je behoeftes. Is er een plotse wijziging? Dan kan je wanneer je niet thuis bent radiatoren meer of minder open zetten mocht je vroeger thuis zijn dan voorzien, of de badkamer sneller of wat langer verwarmen dan voorzien. Je gaat kan dus op een meer flexibele manier de temperatuur gaan regelen in huis. Een werkruimte of tuinhuis met nog enkel glas? Of zit je middenin verbouwingen van een ouder huis, en wil je een kouder aanvoelend raam wat verbeteren? Een isolerende vensterfolie kan dan raadzaam zijn. Verwacht geen mirakels, maar de koude luchtstroom kan je zo wel beter afhouden. Ontvet allereerst het vensteroppervlak. Meet de hoogte van het raam. Kleef de bijhorende dubbelzijdige tape. Knip de folie met enige overschot op maat, zodat die beter te hanteren valt. Bevochtig de folie om het makkelijker te kunnen bevestigen. Kleef de folie en duw met een spatel die niet kan krassen van binnen naar buiten al het water weg totdat er nergens nog luchtbellen resteren. Als dit is gebeurd, laat je de folie zich rustig aanspannen. Dan pas kan je achteraf de resterende folie af snijden. Even overschakelen naar je houtkachel. Een vervelend klusje om het raam daarvan telkens proper te houden. Uiteraard bestaan daar wel specifieke producten voor te koop. Even sprayen, schoon maken met een doek of vod, en klaar is kees. Wees dan altijd voorzichtig, zeker met een natuursteen tegel of vloer, dat je geen product morst. Maar eigenlijk werkt de klassieke truc even doeltreffend: een doek gedrenkt in azijn, samen met wat houtas. De as zal een schurend effect hebben zonder krassen te maken, en de azijn zorgt voor het verdere schoonmaken van de ruit. En je ziet, het resultaat is best doeltreffend. Een taakje van nog geen minuutje, maar herhaal dit wel regelmatig. Zo heb je steeds zicht op de gezellige vlammen van je kachel, en is het vuil ook sneller weg te krijgen. Je hebt brandhout nodig. Dan is het best dat ze gekloven zijn. Hoe meer schors er nog aan het hout is, hoe moeilijker het tot in de kern kan drogen. Gekloven hout heeft meer ‘open’ kanten, en zal dus sneller drogen. Hout klieven kan je op volgende manier doen. Zorg voor een stabiele ondergrond, en leg er een oude autoband op. Stapel blokken hout rechtop, zodat ze enigszins wat gespannen zitten. In het midden plaats je de langste stukken. Klief het hout één voor één. Het voordeel? De blokken vliegen niet in het rond en je hoeft niet steeds blokken terug op een kapblok te plaatsen. Je hakbijl vliegt ook veel sneller doorheen het hout. Een tip om te onthouden dus. Vers gekapt hout heeft een vochtigheidsgehalte van 50 procent. Het hout moet dus verder drogen. Na een jaar drogen daalt dit tot een goeie dertig procent, en na 2 of 3 jaren zal dit dalen tot 20 procent of minder. Vanaf 15 procent is het brandhout ideaal om te verbranden. Met een vochtigheidsmeter kan je dit heel correct nameten. Een 15tal procent is de richtlijn dus. Goed gedroogd hout herken je ook aan de bruinere kleur, barsten en het ‘holler’ klinken als je de blokken tegen elkaar aan tikt. Om goed te kunnen drogen moet er wind aan de stapel hout kunnen, en van bovenaf beschut tegen de regen. Je brandhout steek je het best aan volgens de ‘Zwitserse methode’. Zet zeker de luchttoevoer helemaal open. Start door onderaan de grote blokken te leggen, leg er dan kruislings bovenop wat kleinere blokken, en herhaal dit enkele malen waarbij je telkens kleinere stukken hout gebruikt. Daarbovenop leg je enkele aanmaakblokjes. Steek die aan. Het vuur zal zo langzaam van boven naar beneden trekken. Het hout warmt zo langzaam op, het vuur zal ook rustiger zijn waardoor er ook minder rookgassen ontstaan. Het voordeel is dat de blokken hout langzaam verkolen en letterlijk en figuurlijk roodgloeiend worden, wat dus een betere warmteafgifte zal opleveren. Gebruik trouwens geen hout met harsen in, of gerecupereerd hout met verf of dat was geïmpregneerd. Daarmee stoot je schadelijke gassen uit. Bij mistig weer, stel je ook het verwarmen met de houtkachel uit, omdat er dan te weinig wind en trek is om de kachel efficiënt te doen werken. De rook en de rooklucht blijven op dat moment ook langer hangen in en rondom het huis. Dit heeft een negatieve invloed op je eigen gezondheid en die van jouw omgeving. Vandaar ook het belang van een co-melder. Monteer minimaal één in een ruimte met een verbrandingsbron. Ook in de nabijheid van de slaapkamer plaats je best een melder. Het is ook zinvol om er een in de slaapkamer, woonkamer of bureauruimte te plaatsen. Koolmonoxide kan zich namelijk met luchtstromen doorheen het huis verspreiden. Kijk zeker de regelgeving na, maar doorgaans is het van belang om de melder op ademhoogte te plaatsten. Zorg dat er geen verstorende factor is door te plaatsen naast een ventilatierooster of -schacht, dampkap, achter gordijnen of kasten, of nabij kookapparatuur. Als laatste nog de brandmelder vermelden. In alle soorten woningen is een rookmelder verplicht op elke bouwlaag van de woning. Kijk na wat van toepassing is voor jouw situatie. Plaats een rookmelder in elke ruimte waar je doorheen moet op weg van de slaapkamer naar buiten. De kortste vluchtweg, als het ware. Plaats dus een melder in de hal of traphal op elk bewoond niveau van de woning. De overloop die toegang heeft tot de woning. De slaapkamers, de woonkamer. Plaats geen melder daar waar rook, stoom of stof aanwezig kan zijn, zoals een garage, badkamer … Vermijd ook een storend effect van een open raam, mechanische ventilator of rechtstreeks boven een verwarmingstoestel. En heb je werken waarbij mogelijks wat stof kan ontstaan? Dek dan tijdelijk de melder af, zodat er geen foutief signaal ontstaat. Vergeet de plastic folie of stukje papier nadien niet weg te nemen, uiteraard. Ziezo, een hele reeks tips om het gezellig én veilig warm te krijgen en te houden tijdens de koude periodes van het jaar. Alvast bedankt om te kijken!

 

Kleurenschema
Aantal tegels per rij
Beeldverhouding
Weergave
Hoeken afronden
0

Welkom bij Professional Media Group 

Professional Media Group maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te optimaliseren en te personaliseren. Door gebruik te maken van deze website gaat u akkoord met Het privacy- en cookiebeleid.